
Jurisprudentie
BG7179
Datum uitspraak2008-12-17
Datum gepubliceerd2008-12-17
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200802962/1
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2008-12-17
RechtsgebiedBestuursrecht overig
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamRaad van State
Zaaknummers200802962/1
Statusgepubliceerd
Indicatie
Bij besluit van 11 oktober 2007 heeft het college van burgemeester en wethouders van Diemen (hierna: het college) het door [appellante] tegen het besluit van 7 maart 2007 tot afwijzing van haar verzoek om een urgentieverklaring gemaakte bezwaar opnieuw ongegrond verklaard.
Uitspraak
200802962/1.
Datum uitspraak: 17 december 2008
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellante], wonend te [woonplaats],
tegen de uitspraak in zaken nrs. 07/4524, 08/408 van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam van 13 maart 2008 in het geding tussen:
[appellante]
en
het college van burgemeester en wethouders van Diemen.
1. Procesverloop
Bij besluit van 11 oktober 2007 heeft het college van burgemeester en wethouders van Diemen (hierna: het college) het door [appellante] tegen het besluit van 7 maart 2007 tot afwijzing van haar verzoek om een urgentieverklaring gemaakte bezwaar opnieuw ongegrond verklaard.
Bij uitspraak van 13 maart 2008, verzonden op 14 maart 2008, heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam (hierna: de voorzieningenrechter) het door [appellante] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft [appellante] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 23 april 2008, hoger beroep ingesteld. De gronden van het hoger beroep zijn aangevuld bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 22 mei 2008.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 25 november 2008, waar [appellante], vertegenwoordigd door mr. C.J.P. Liefting, advocaat te Amstelveen, is verschenen.
2. Overwegingen
2.1. Evenals in beroep bij de voorzieningenrechter, kan in hoger beroep slechts ter beoordeling staan of het college in redelijkheid heeft kunnen besluiten geen toepassing te geven aan de hardheidsclausule.
2.2. In hoger beroep staat de uitspraak van de voorzieningenrechter ter toets. [appellante] heeft in hoger beroep niet te kennen gegeven om welke redenen die uitspraak zou moeten worden vernietigd. Zij heeft uitsluitend verwezen naar hetgeen zij bij de voorzieningenrechter heeft aangevoerd. Gelet hierop bestaat geen aanleiding te oordelen dat uit hetgeen [appellante] heeft aangevoerd zou moeten worden geconcludeerd dat de voorzieningenrechter niet terecht of op onjuiste gronden heeft geoordeeld dat het college in redelijkheid heeft kunnen besluiten geen toepassing te geven aan de hardheidsclausule.
2.3. Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
3. Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
bevestigt de aangevallen uitspraak.
Aldus vastgesteld door mr. T.M.A. Claessens, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. A.M.E.A. Neuwahl, ambtenaar van Staat.
w.g. Claessens w.g. Neuwahl
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 17 december 2008
280.